Oh, zit dat zo…!
(O ja, zo zat dat…!!)
Het onderwerp van deze keer: de Alternatieve Lucht Voorziening
Tijdens mijn OW opleiding (IDD) heb ik buddy breathing geleerd, samen met je buddy 1 ademautomaat gebruiken en vervolgens een opstijging maken.
Tegenwoordig wordt er vanuit gegaan dat iedereen minimaal een hoofd automaat heeft en een Altenernative Lucht Voorziening, ook wel ALV of Octopus genoemd en is buddy breathing vaak al uit het les programma geschrapt.
In principe is de octopus niets anders dan een 2e automaat die aan je eerste trap hangt. Om hem in geval van nood eenvoudig zichtbaar te maken, wordt de automaat en/of slang meestal fel geel of groen uitgevoerd.
Over links of rechts?
NOB schrijft voor/adviseert de Octopus zo aan te sluiten dat hij via de linkerkant aan je vest hangt. De meeste andere, waaronder PADI, laten hem "over rechts" komen. Het verschil is simpel;
- Bij een automaat over rechts, zit de luchtuitlaat onder als je hem zelf gebruikt, maar in eerste instantie boven als je deze aan je buddy aanbiedt. Met de uitlaat boven kan er bij het ademhalen water mee komen en daar moet je wel op verdacht zijn. Is de slang lang genoeg, dan kan de ALV ook met een bocht in de slang zo worden aangeboden, dat de uitlaat wel onder zit, maar moeilijker in de mond te houden is. (zie foto).
- Bij een automaat over links, is hij juist direct bruikbaar voor je buddy en minder eenvoudig bruikbaar voor jezelf. Zelf heb je wel minder 'last' van bovengenoemde bocht.
Let op: Houdt bij gebruik van de ALV van je buddy deze met 1 hand goed vast, één verkeerde beweging en je ademlijn is weg… Dus niet zoals op de foto!!
Wanneer over links of rechts?
Daar is geen zwart-wit antwoord op te geven… Het is een afweging of de kans groter is dat je eigen luchtvoorziening een probleem krijgt versus die van de ander. Denk daarbij aan het luchtverbruik van je buddy (een beginnende duiker gebruikt meer dan een ervaren duiker), oefeningen tijdens de duik, temperatuur van het water (koud water geeft meer kans op bevriezing, octopus aan 2e trap), kwaliteit van de 1e en 2e trap van je buddy, etc. Dit kan dus voor iedere duik verschillen!
Ga voor jezelf na, wat het meest reële probleem zou zijn tijdens de duik die je maakt en stel je apparatuur daarop af.
Ook zijn er automaten met de uitlaat aan de zijkant, of een roterende kop, dan maakt de kant niet uitJ.
Lengte slang
Zorg ervoor dat de slang met de automaat voor je buddy lang genoeg is om er soepel en eenvoudig door te ademen is. 80 centimeter is krap, gebruik bij voorkeur 1 meter of iets meer. Neem geen te lange slang, want je moet hem ook nog veilig strak om je heen kunnen houden, zodat je nergens achter kunt blijven haken…
Wat je steeds meer ziet komen is dat de hoofdautomaat een slanglengte heeft van 2 meter (de zgn. Long-hose) en fungeert als ALV voor je buddy. In geval van problemen krijgt de buddy deze automaat en neemt de luchtgever de onder zijn kin hangende 2e automaat. De buddy heeft nu voldoende lengte om rustig adem te halen, ook in lastige omgevingen (meer info).
Speciaaltjes
Een goed alternatief of aanvulling is de pony bottle, een 2e kleinere fles (bv. 5 liter) met een complete 1e en 2e trap met slang en natuurlijk een drukmeter.
Verder kom je als ALV nog wel eens de minder aan te raden Air2 en Spare air tegen.
De Air2 is een combinatie van een ademautomaat en inflator. Lijkt handig en compact, echter je moet erg geoefend zijn om in geval van nood met je ademautomaat je vest te kunnen ontluchten.
De Spare air is een miniflesje (bv. 1 liter) met mondstuk in één. Deze fles moet soepel los te maken zijn en gedurende de opstijging met 1 hand vast gehouden te worden.
Veel duikplezier, Sikkie
